
Wonen in de schaduw van de stad
Over leefkwaliteit en luisteren naar onze buren
Op maandagavond 10 juni sprak de gemeenteraad van Amersfoort over een woningbouwproject aan de Hogeweg. Op het eerste gezicht een relatief klein plan: hoger bouwen op een bestaande plek, dicht bij voorzieningen, goed ontsloten. Een typische vorm van stedelijke inbreiding, zoals we dat in Amersfoort graag willen. Maar die avond gebeurde er iets dat mij raakte.
Niet de projecttekening, niet de technische onderbouwing of het aantal woningen bleef me bij. Wat me bijbleef, waren de stemmen van de bewoners die kwamen inspreken. Mensen die al jaren met plezier in hun huis wonen. Mensen die houden van hun tuin, hun uitzicht, hun plek in de wijk. En die zich nu zorgen maken: wat komt daar pal achter mijn schutting? Wat gebeurt er met mijn woonplezier, met de lichtinval in mijn woonkamer, met de rust in mijn straat?
De insprekers waren niet tegen woningbouw. Niemand zei: “Bouw hier niet.” Maar ze vroegen wel: “Zie ons. Hoort u ons? Hebt u door wat dit met ónze leefomgeving doet?”
En eerlijk gezegd: die vraag trof mij.
Inbreiding is nodig – maar niet zonder grenzen
Laat ik helder zijn: de ChristenUnie ziet inbreiding als een noodzakelijk en vaak ook verstandig instrument. We hebben in Amersfoort een grote woningbouwopgave en tegelijkertijd willen we zuinig omgaan met ons buitengebied, ons landschap en onze natuur. Dan is het logisch om eerst te kijken waar binnen de bestaande stad ruimte is om te bouwen.
Maar die logica mag geen automatisme worden. Want een stad is meer dan stenen en aantallen woningen. Een stad is een gemeenschap van mensen die wonen, leven, zorgen, opgroeien, oud worden. Als we alleen kijken naar vierkante meters, verdiepingen en dichtheden, vergeten we wat echt telt: de menselijke maat. De ervaring van bewoners. De leefkwaliteit van mensen die hun buurt al lang tot hun thuis hebben gemaakt.
En juist bij kleinschalige inbreidingsprojecten – zoals aan de Hogeweg – wringt het. Waar grote gebiedsontwikkelingen vaak een nieuw evenwicht brengen in een hele wijk, verandert een kleine invulling soms de directe leefomgeving van een paar mensen radicaal. Dan kan een flat van vier of vijf verdiepingen op korte afstand van je tuin ineens een schaduw werpen – letterlijk en figuurlijk – over je dagelijks leven.
Oog voor de menselijke maat
Wat mij raakte in de vergadering van 10 juni was dat we – onbedoeld – soms vergeten dat echte mensen geraakt worden door onze besluiten. Mensen die geen projectontwikkelaar of belangengroep zijn, maar gewoon buren. Zij staan niet tegenover de stad, zij zíjn de stad.
Daarom pleit ik ervoor dat we bij inbreidingsprojecten anders gaan kijken. Dat we de leefkwaliteit van omwonenden niet pas op het laatst afwegen, maar vanaf het begin centraal stellen. Dat we bij elk plan toetsen: wat betekent dit voor het uitzicht, de privacy, de lichtinval, de rust van de direct omwonenden? En dat we duidelijke randvoorwaarden stellen voor hoogte, afstand en participatie.
Wat mij betreft voeren we in Amersfoort een leefkwaliteitstoets in bij inbreiding: een instrument dat zichtbaar maakt welke impact een project heeft op bestaande bewoners. Niet om vernieuwing tegen te houden, maar om zorgvuldig te wegen. Om balans te brengen tussen woningnood en woonplezier. Tussen bouwen voor morgen en respect voor gisteren.
Samen bouwen aan vertrouwen
Daarnaast geloof ik dat participatie anders moet. Te vaak horen bewoners pas laat over plannen, en voelen ze zich overvallen. Natuurlijk, procedures worden gevolgd, maar is dat genoeg? Als ChristenUnie geloven we in een overheid die betrouwbaar is en nabij. Die niet alleen zendt, maar ook luistert. Participatie is voor ons niet een formaliteit, maar een vorm van wederzijds respect.
Dat betekent dat we bewoners vroeg betrekken, hun inbreng serieus nemen, en zichtbaar maken wat er met hun zorgen gebeurt. En ja, soms betekent dat ook: bijsturen, aanpassen, of zelfs heroverwegen.
Opstaan voor elkaar
Het verkiezingsthema van de ChristenUnie in Amersfoort is Opstaan voor elkaar. Voor mij betekent dat: opstaan voor mensen die zich overvallen voelen door plannen die hun leefomgeving veranderen. Opstaan voor buurten die dreigen te worden vergeten in de vaart van de vooruitgang. En opstaan voor een stad waarin we bouwen aan woningen, maar ook aan vertrouwen.
Wat er aan de Hogeweg gebeurt, is geen incident. Het is een spiegel. Laten we daarin kijken, en eerlijk zijn over wat we zien. En laten we vervolgens samen opstaan – voor wonen, voor leefkwaliteit, en voor elkaar.